Roemeling geeft aan dat in 1441 de kerk van Kortwoude geïncorporeerd is bij die van Surhuizum. De stenen uit Kortwoude werden gebruikt ter versteviging van de kerk in Surhuizum. Van de kerk van Kortwoude rest nog slechts een geringe verhoging in een weiland.
De historische geografie van de streek is vastgelegd in een rapport ten behoeve van de ruilverkaveling.
Roemeling vermeldt ook dat in 1561 een Sint Jacobskapel geïncorporeerd is bij de kerk van Surhuizum.
In de beneficiaalboeken uit 1543 wordt (onder Suyerhuysum) een Sint Jacobskapel genoemd die ten zuiden van Surhuizum heeft gelegen en Kortwoude ligt ook ten zuiden van Surhuizum.
Er is enige verwarring of die kapel en de kerk in Kortwoude dezelfde zouden zijn. Vermoedelijk is dat echter niet zo (mede gezien de tijd van meer dan een eeuw tussen beide opnames in de kerk van Surhuizum) en is de genoemde Sint-Jacobskapel een privé kapel uit het begin van de 16e eeuw geweest, die na betrekkelijk korte tijd in 1561 al ophield te bestaan.