Deze kerk is in 1500 gebouwd in gotische stijl, herkenbaar aan de hoge en spits toelopende bogen en ramen. Aanvankelijk een katholieke kerk, later in 1617 een hervormde kerk.
Alles wat aan het katholieke herinnerde werd toen uit de kerk verwijderd of ondergekalkt. Ook het interieur veranderde van indeling, waardoor het koor werd gebruikt als begraafplaats van voorname burgers.
Door de restauratie in de periode 1970-1974 kreeg de kerk weer het interieur terug, passend bij een gotische kerk. De in ca. 1520 door Westfaalse schilders aangebrachte wandschilderingen op muren en gewelven werden ontdaan van de bedekkende kalklagen. Het gaat hier om secco’s en niet om fresco’s, daar de schilderingen zijn gemaakt op de droge kalk.
Een galerij van de twaalf apostelen ziet men op de muren in het koor, waarvan de eerste acht goed herkenbaar zijn. Iedere apostel is geschilderd in een in perspectief geschilderd kapelletje met in de ene hand “het” boek en in de andere het martelwerktuig.
De vierde figuur links is de apostel Jacobus de Meerdere. Hij is te herkennen door zijn staf met aan het eind iets dat op een Jacobsschelp lijkt.