Rond 1540 werd de kerk vernieuwd door de bouw van het huidige schip met zijbeuk.
Het thema van de apostelreeksen treft men vaak aan in de Nederlandse monumentale schilderkunst van de 14e tot de 16e eeuw. De kerk werd direct na de bouw beschilderd door Ewolt van Delft.
De apostelen waren herkenbaar aan hun attribuut en werden gecombineerd met tekstbanderollen waarop telkens een van de Twaalf Artikelen van het geloof te lezen was. Deze manier van voorstellen gaat terug naar een legende uit de 6e eeuw volgens welke de apostelen zelf, voordat zij met Pinksteren uit elkaar gingen, ieder een van de artikelen zouden hebben uitgesproken. Het was een bondige en heldere verwoording van de kern van de geloofsinhoud en uitstekend geschikt om uit te beelden in de kerken.
Na de reformatie (ca. 1592) zijn de schilderingen overgekalkt. Wanneer dit precies gebeurde, is niet bekend. Waarschijnlijk geschiedde dit voor wat betreft de wanden al in de 16e eeuw. Bijna vierhonderd jaar bleven de oude schilderingen verborgen onder de witkalk en daarmee ook bewaard en beschermd tegen de tand des tijds. Zij zijn nu weer in oude luister hersteld en kunnen ook hun inhoudelijke betekenis weer uitdragen.
Aan de noordwand van het schip bevinden zich acht levensgrote figuren van Christus, Maria en zes apostelen. Ze staan op consoles van gestileerde bladmotieven. De overige apostelen zullen geschilderd zijn geweest op de tegenoverliggende wand en zullen verloren zijn gegaan toen de zuidmuur opnieuw bepleisterd werd.
De vijfde figuur, gezien vanaf de oostelijke kant, is H. Jacobus Major. Zijn hoofd en schouderpartij zijn niet meer aanwezig. De apostel is gekleed in een gewaad tot onder de knieën, waaroverheen een mantel. In zijn rechter hand een staf, waaraan een reistas en in zijn linker hand een niet nader te identificeren voorwerp (hoed?). Aan weerszijden van zijn voeten het opschrift (gotisch schrift): “Sancte Jacobus”.
De tekstbanderol boven de figuur is niet langer aanwezig. De vermoedelijke tekst zou zijn “Qui conceptus est de Spiritu Sancto, creatus ex Maria Virgine” (vertaling: “Die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de Maagd Maria”).