Deze armreliek is te vinden in de Sint Jacobuskapel van de kathedraal. Het zou hier gaan om een rest van de rechterarm van de H. Jacobus. Er bestaat slechts één echtheidsoorkonde (zie kopie oorkonde naast reliek !), die door bisschop J.A. Paredis op 12 augustus 1876 werd ondertekend. Hierin verklaart hij dat het object zich sinds onheuglijke tijden in de kathedraal bevindt en ter verering aan de gelovigen wordt getoond. De reliek bevond zich oorspronkelijk in een vierkante houten doos met een kijkglaasje. Dit impliceert dat de reliek pas later in de huidige reliekhouder met de bijl is geplaatst. De huidige, waarschijnlijk laat 19e-eeuwse, armreliekhouder heeft de vorm van een opstaande arm en hand met in de hand een hakbijl, een typisch martelaarssymbool. Via een glasraampje is de in rood doek verpakte reliek te zien met een tekststrook met het opschrift “S. Jacobi Ap” (Sint Jacobus de Apostel).
De leden van de Roermondse Broederschap van St. Jacobus stellen dat het gaat om de grootste Jacobusreliek die zich buiten het graf van St.Jacobus in Santiago bevindt. Naar de herkomst en geschiedenis van deze reliek wordt door enkele leden van de Broederschap een gedegen onderzoek verricht.
In het overzicht van de bedevaartsplaatsen in Nederland door het Meertensinstituut wordt een niet te verifiëren geschiedenis verteld die chronologisch wel klopt. De reliek zou door paus Gregorius IV (†844) zijn geschonken aan het St. Barbaraklooster van de Benedictinessen te Gard in het aartsbisdom Keulen. De priorin van dat klooster zou het wegens oorlogsdreiging gegeven hebben aan de Spaanse monnik Juan Bautista Massia en zo kwam het in 1596-1597 in de reliekschat van het Escorial bij Madrid. Het zou Aartshertog Albert van Oostenrijk tijdens zijn reis door Spanje in 1598-1599 gelukt zijn de reliek mee te nemen om het terug te brengen. Tijdens een bezoek aan Roermond in 1602 of 1603 zou hij het hebben geschonken aan de stad. Omdat de Heilige Geestkerk toen als kathedraal fungeerde zal het reliek eerst daar verbleven hebben en in 1661 meeverhuisd zijn naar de Christoffelkathedraal.
Ook stelt het Meertensinstituut dat het reliek vermoedelijk in de loop van de 20e eeuw in de huidige reliekhouder is geplaatst. De reliekhouder heeft vermoedelijk eerst een reliek van Matthias bevat die een bijl als attribuut heeft (in tegenstelling tot het zwaard van Jacobus).
Van ca. 1945 tot 1988 was de armreliek tijdelijk in het Witte Kerkje van de Voorstad ondergebracht
De reliek is geplaatst in een raamnis. Het aanzicht is het mooist vanaf de buitenzijde van de kapel.