Wie Couperus zegt, zegt Den Haag, stad van duinen, dandy’s en douairières. Onze grote romancier Louis Couperus werd er in 1863 geboren, groeide er op en schreef er in de jaren tachtig zijn romandebuut, Eline Vere. Daarna verliet hij Den Haag, ging langdurig naar het buitenland, maar kwam uiteindelijk terug in zijn geboortestad. “Zoo ik iets ben , ben ik een Hagenaar”, moest hij bekennen.
Couperus zou uitgroeien tot de belangrijkste literaire ooggetuige van het Haagse fin de siècle. Hoe erin de betere kringen van Den Haag rond 1900 geleefd en gedacht werd, weten we uit weergaloze beschrijvingen in zijn romans. Veel straten, gebouwen en adressen uit de tijd van Couperus bestaan nog, in de binnenstad, de Archipelbuurt, Willemspark en Scheveningen.
Ook voor wie niet alle boeken van hem gelezen heeft, bewaart Den Haag een schat aan mooie, ontroerende en vermakelijke herinneringen aan Couperus. Iets van die schat houdt u met deze wandelgids in handen. Wandelen door Den Haag is flaneren door Couperus’ ziel.