Samen met zijn vrouw besluit Ruud Bruggeman in februari 2008 om naar Rome te gaan. Vliegtuig, trein en auto vallen al snel af. Spontaan wordt dan het idee geboren om te voet te gaan, een tocht van 2300 kilometer. Bruggeman heeft al eens eerder een pelgrimstocht gemaakt, naar Santiago de Compostela. Het werd een terugblik en vooruitblik in zijn leven, een spirituele zoektocht. Tijdens deze pelgrimsreis naar Rome zet hij de tocht naar binnen voort, zonder zijn ogen te sluiten voor wat er buiten allemaal gebeurt. Het levert een bijzonder boeiend reisverhaal op, vloeiend geschreven, met oog voor de veelkleurige, gekken en ontroerende details van alles wat er onderweg langs komt. In cursieve terzijdes maakt hij zijn lezer deelgenoot van de innerlijke obstakels en hindernissen die je op zo’n tocht onvermijdelijk tegenkomt, maar vooral ook van bijzondere ervaringen en spirituele inzichten die onder zulk lopend pelgrimeren ook kunnen ontstaan.
Zie Ultreia 5